Humanitarian Communication Awards 2024
2805
page-template,page-template-full_width,page-template-full_width-php,page,page-id-2805,bridge-core-3.1.8,qi-blocks-1.3.3,qodef-gutenberg--touch,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,no_animation_on_touch,qode_grid_1300,footer_responsive_adv,qode-content-sidebar-responsive,qode-child-theme-ver-1.0.0,qode-theme-ver-30.5,qode-theme-bridge,wpb-js-composer js-comp-ver-7.6,vc_responsive
 

Humanitarian Communication Awards 2024

Vlieg in het Oog Award 2024

Op donderdag 28 november 2024 reiken we weer twee awards uit: de Hoogvlieger Award en Vlieg in het Oog Award, respectievelijk de meest en minst geslaagde campagne van een Nederlandse INGO in 2023-2024 (specifieker: gepubliceerd tussen 10 mei 2023 en 1 juli 2024).

 

De jury bestaat dit jaar uit Cíntia Taylor (schrijver, film- en theatermaker en expert op het gebied van storytelling en diversiteit), Abdel El Bacha (Coördinator Caribisch Netwerk bij de NTR), Nadine Ridder (adviseur en spreker op het gebied van diversiteit, inclusie en gelijkwaardigheid, opiniemaker voor sociale rechtvaardigheid), en Anika Altaf (uitvoerend directeur van INCLUDE Knowledge Platform en voorzitter HuCom). Zij komen midden november bij elkaar om te bespreken welke campagne de award in beide categorieën moet ontvangen. Op donderdag 28 november maken we de winnaars bekend op onze website, op onze socials, en per email naar de organisaties.

 

De genomineerde campagnes voor de Vlieg in het Oog Award 2024 zijn:

1. ‘De strijd van Jennifer en haar moeder’ | Cordaid

2. ‘Wat wij konden doen dankzij jou’ | World Vision

3. ‘Africa Classic’ | AMREF Flying Doctors

4. ‘Jerrycan Challenge’ | Dorkas

5. ‘Lichtjes (Chosen muziekvideo)’ | World Vision

 

Op deze pagina kun je de genomineerde campagnes vinden, inclusief een uitleg bij elke nominatie (met vaak ook een of meerdere special mentions).

Vlieg in het Oog genomineerde 1

‘De strijd van Jennifer en haar familie’ | Cordaid

Het gebruik van poverty porn, oftewel het grafisch in beeld brengen van menselijk leed, en vooral van lijdende lichamen, zonder agency en context, is misschien op zijn retour, maar nog steeds zien we elk jaar verschillende organisaties die zich hier schuldig aan maken. Misschien wel de meest kwalijke video in deze categorie dit jaar was ‘Genoeg is genoeg’ van World Vision. In deze video worden alle stijlmiddelen van poverty porn ingezet: generieke beelden van ondervoede kinderen, een dramatische voice-over, geen spreektijd voor de mensen in beeld, geen context behalve dat ‘aan de andere kant van de vallei’ kinderen niet in armoede leven door de hulporganisatie, bombastische muziek als de organisatie in beeld komt, en de oproep aan het publiek om ‘nu een einde aan kinderhonger te maken.’ Ruim voldoende voor een nominatie dus. Echter, omdat het zo’n overduidelijk Amerikaanse campagne betreft, die is overgenomen door de Nederlandse tak, en omdat World Vision dit jaar al twee nominaties in de Vlieg in het Oog-categorie krijgt (zie onder), hebben we ervoor gekozen een vergelijkbare campagne te nomineren: ‘De strijd van Jennifer en haar familie‘ van Cordaid. De video begint nog aardig, als de 11-jarige Jennifer uit Zuid-Soedan, in haar eigen taal, uitlegt hoe zij en haar familie een stuk land bewerken, maar dat dat te weinig oplevert omdat de grond te droog is. Na een halve minuut, als een Nederlandse voice-over zijn intrede doet, gaat het echter snel bergafwaarts. In zijn eerste zin benadrukt hij meteen dat het voor deze famile elke dag ‘een strijd tegen extreme armoede’ is, terwijl we de hele familie op een geforceerd sip rijtje voor de camera zien zitten. Daarna herhaalt hij dat ze door droogte te weinig voedsel kunnen oogsten en stelt hij dat de armoede ‘enorm’ is. Op dat moment komt Jennifer met een bordje eten naar buiten gelopen en zegt ze tegen haar zusjes dat dit ‘alles voor vandaag’ is. Dat ze dit lacherig zegt en de camera daarna op opzichtige wijze naar het bordje beweegt, laat zien dat het tafereel in scène is gezet. Jennifer legt vervolgens uit dat ‘water op het land te krijgen’ een oplossing is, maar dat ze daarvoor ver moeten lopen. Op het moment dat we Jennifer met haar moeder naar een waterpunt zien lopen, neemt de voice-over het helaas weer over – en herhaalt hij wat Jennifer net heeft gezegd. Naast dat dit irritant is, en de voice-over in zijn geheel weggelaten had kunnen worden, vliegt hij pas echt uit de bocht op het moment dat hij stelt dat er door Cordaid weer hoop is, omdat de organsatie helpt met een irrigatiesysteem. Uiteraard is zo’n systeem een goed idee, en ook de hulp van Cordaid hierbij is mooi, maar de manier waarop alles vanaf dat moment van doffe ellende naar gelukkige overvloed gaat, werkt uiterst vervreemdend. Wat hierbij nog het meest stuitend is, is dat Jennifer en haar familie hier niet meer voorkomen. Met andere woorden: de ontvangers van de hulp, de mensen die het irrigatiesysteem gebruiken (en elkaar in slow motion ‘high-fiven’ vanwege het succes van het systeem), zijn hele andere mensen, die we voor het eerst zien! Er wordt op het einde nog een keer teruggeschakeld naar hetzelfde sippe beeld van Jennifers familie, maar de disconnect tussen hun droogteproblemen en de oplossing die Cordaid voor andere mensen biedt is verbijsterend – en goed voor een nominatie. Daarnaast gaan er ook nog special mentions naar SOS Kinderdorpen, CARE Nederland en Hart voor Kinderen. Terwijl Hart voor Kinderen het afgelopen jaar opnieuw enkele traditionele poverty porn spots uitbracht, daar laten ‘Geef licht, geef leven’ van SOS Kinderdorpen en de Socutera televisiespot van CARE op willekeurige wijze kinderen in kwestbare situaties zien.

Vlieg in het Oog genomineerde

‘Wat wij konden doen dankzij jou’ | World Vision

Het centraliseren van donateurs, medewerkers of ambassadeurs is zelden een goed idee en het (uitbundig en grotesk) bedanken van geprivilegieerde mensen stuit meermaals op bezwaren. Zo ook in het geval van World Vision, die het afgelopen jaar een reeks ‘updates’ vanuit de verschillende projectgebieden (Sarwah, Sierra Leone; Kyabigambire, Oeganda; Idumbala, Tanzania; Dembia, Ethiopië) publiceerde. Dat in deze updates de donateur (of: sponsor) niet in beeld komt, doet niet af aan diens centraliteit. Sterker nog, het maakt het in dit geval alleen nog maar erger. In de video’s spreken de mensen ter plaatse uitgebreid hun dankbaarheid uit, wat resulteert in een ruime galerij aan mensen in kwetsbare situaties die hun ‘weldoeners’ vergewissen van hun vermeende sleutelrol. Juist door de scripting en herhaling is de geuite, vaak nederige, dankbaarheid uiterst ongemakkelijk en pijnlijk. Het plaatst mensen in een onderschikte positie, al helemaal omdat ze hun eigen woorden niet lijken te kunnen kiezen een geen enkele ruimte krijgen om een zelfbewuste positie te bepalen. Terwijl de video benadrukt dat de inwoners ‘trots vertellen’ wat er is bereikt, is de opzet per persoon precies hetzelfde: sponsors gedag zeggen, even voorstellen, de interventie van World Vision benadrukken, de sponsors bedanken, en door. Als geen andere campagne maakt deze videoreeks duidelijk hoe het bedanken van donateurs mensen in een positie van nederigheid drukt. Ook andere video’s ontkomen niet aan de valkuilen van het centraliseren van de donor. Zo maakt bijvoorbeeld Red Een Kind het bijna net zo bont als World Vision met hun ‘persoonlijke boodschap uit Gwassi, Kenia’, waarbij de scripting wat losser lijkt, maar de stereotiepe beelden er niet om liegen. Veel beter legt hun ambassadeur Reyer van Drongelen het uit, als hij expliciet benoemt dat het niet zozeer om liefdadigheid zou moeten gaan (en dus ook niet om dankbaarheid, zeggen wij daarbij!), maar om het bestrijden van fundamenteel onrecht. Een fraai citaat, in een video waarin Van Drongelen zich echter óók in de rol van white savior laat manoeuvreren. Eenzelfde patroon zien we bij Unicef, die vorig jaar nog helden maakten van hun hulpmedewerkers, en dat nu doet met donateurs: ‘tussen het slechte nieuws is er ook goed nieuws: jij.’ Eenzelfde heroïek valt hulpverleners, collectanten, donateurs en sponsorlopers ten deel in deze video van ZOA, en ook Artsen Zonder Grenzen hijst actievoerders en donateurs onnodig op het schild in een video die ongemakkelijk is door de overdaad aan contrasterende heroïek, kwetsbaarheid en dankbaarheid. Veel special mentions dus, en nogmaals een dringende oproep aan organisaties om uit te kijken met het tonen van (de representatie van) dankbaarheid.

Vlieg in het Oog genomineerde 3

‘Africa Classic’ | AMREF Flying Doctors

Het genre van de avontuurlijke reis is na enkele jaren terug van weggeweest. Na een afwezigheid van twee jaar, toen de mondiale coronapandemie reizen nagenoeg onmogelijk maakte, waagden verschillende organisaties zich het afgelopen jaar weer aan het organiseren van, en communiceren over, avontuurlijke reizen voor donateurs. Dat is heel jammer, omdat dit genre wat ons betreft zo veel valkuilen met zich meebrengt dat het beter zou zijn als organisaties deze ongelukkige vorm van audience engagement niet meer zouden bezigen (en gelukkig zijn er ook enkele organisaties die hebben aangegeven dit soort reizen niet meer te organiseren). Een dikke special mention binnen dit genre gaat dit jaar naar Xperiencereis ‘onbekend’ (Geörgie) van Kom over en help, met afleveringen als deze, deze en deze, waarbij een mooie reis voor Nederlandse jongeren op uiterst pijnlijke wijze wordt gecombineerd met ‘ontwikkelingswerk’ (worstenbroodjes?). Ook Compassion Nederland krijgt opnieuw een special mention voor hun Muskathlon, waarbij ‘een extreme uitdaging op een bijzondere locatie’ wordt gecombineerd met ‘een mooie bijdrage leveren’ aan ‘de projecten die je gaat bezoeken.’ Voor de aankomende jaren staan er bij Compassion alweer zes van zulke avontuurlijke reizen op het programma, waarbij deelnemers gaan hardlopen ofwel mountainbiken door Indonesië, Uganda, de Filipijnen, Rwanda, Kenia of Tanzania. De nominatie gaat dit jaar echter overduidelijk naar de Africa Classic van AMREF Flying Doctors, ‘het onvergetelijke fietsavontuur in Afrika’ waarmee deelnemers zich inzetten voor ‘een gezond en sterk Afrika’ (ja, ze gebruiken de slogan nog steeds). De hele campagne is doordrenkt met de valkuilen van het genre van de avonturlijke reis, van de centralisering en heroïsering van de Nederlandse (en Duitse) deelnemers tot de simplificering en exotisering van, in dit geval, Tanzaniaanse mensen en landschappen. Zo ook in deze uiterst pijnlijke finish-video van de Africa Classic 2023, waar alle Tanzaniaanse ‘kindertjes aan de kant’ als ‘vrolijk’, ‘blij’ en ‘vertederend’ worden getypeerd (al heeft een van de deelnemers het liever over ‘Afrikaans eigen’). Net als bij veel andere avontuurlijke reizen gaat het uiteindelijk vooral om de ‘kicken, joh’ tijdens de fietstochten en het ‘erg fijne gevoel’ waarmee de deelnemers weer ‘het vliegtuig in’ naar huis gaan. Het pijnlijkste moment in de video is waarschijnlijk als een van de deelnemers na de finish zegt dat ze heel dankbaar is dat ‘wij in een land leven waar de gezondheidszorg toch wel een klein beetje beter is’, en een andere dat de levensomstandigheden in Tanziania ‘dieper binnenkomen dan je denkt’, maar dat hij ‘graag weer naar het luxe leventje terug’ gaat. Het is onbegrijpelijk dat deze uitspraken door de eindmontage zijn heengekomen. Maar eigenlijk zijn nagenoeg alle momenten in de video tenenkrommend, zoals  wanneer een deelnemer de reis omschrijft als ‘onwerkelijk, uniek, [en] heel gaaf’, om vervolgens zijn gepriviligeerde champagneglas te heffen op een dirt road. De projecten van AMREF komen, zoals in de meeste van dit soort campagnes, amper aan bod, niet eens een halve minuut van de in totaal 4,5 minuut durende video. We hopen van harte dat AMREF en andere organisaties stoppen met het organiseren van, en communiceren over, zulk soort reizen op deze manier. Wat we dit jaar ook hebben gemerkt, zijn organisaties die samenwerken met reisbureaus of touroperators, of dat zelf zijn, en als zodanig dit soort problematische reizen opzetten en promoten. Zo zijn daar het Actieproject Koers-vakanties 2024 van Bijzondere Noden in samenwerking met reisbureau Koers-vakanties, en het donatieplatform Heroes for Charity, dat ook functioneert als touroperator. Ook zij krijgen van ons dit jaar een special mention voor de avontuurlijke reizen ‘voor het goede doel’ die ze aanbieden – en hoe ze daarover communiceren.

Vlieg in het Oog genomineerde 4

Jerrycan Challenge‘ | Dorcas

Het nabootsen van menselijk leed in het mondiale Zuiden op een evenement in Nederland is een andere trend die zich heeft doorgezet. Deze zogenaamde misery simulations zijn bedoeld om aandacht, bewustzijn en donaties te generen, maar slagen er eigenlijk nooit in om op waardige wijze over menselijk leed to communiceren, zoals we enkele jaren geleden al opmerkten: ‘Simulaties worden steeds vaker gebruikt als strategie in Nederlandse campagnes, terwijl ze eigenlijk altijd ongepast zijn – niet alleen omdat het structurele aspect van kwetsbaarheid simpelweg niet na te bootsen is, maar ook omdat het van de misère van de lijdende Ander een leuke of leerzame activiteit vanuit westers privilege maakt.’ De meest ongepaste misery simulation dit jaar vonden we de Jerrycan Challenge van Dorcas. In deze video gaat communicatiemedewerker Anniek de straat op in Almere om met een jerrycan van 15 kilo te gaan ‘zeulen’ om ‘te kijken hoe het nou is als je een heel stuk moet lopen met een zware jerrycan vol water’, wat veel mensen in de landen waar Dorcas werkt moeten doen om aan schoon drinkwater te komen. Verschillende voorbijgangers gaan de challenge aan en komen erachter dat het, inderdaad, best zwaar is om een stukje te lopen met een jerrycan: ‘Kanonnen, ik weet niet of je het weet, maar het is wel heel zwaar.’ Er wordt gereflecteerd op het feit dat er in de wereld ‘dus mensen zijn die zeven kilometer moeten lopen voor water’ (waar in de wereld dat is en hoe ze aan dat aantal komen wordt niet uitgelegd) en dat dat best wel heel ver en zwaar is – maar er wordt vooral ook veel gelachen: ‘Vanmorgen vroeg [had ik nog dorst], want ik slaap altijd met mijn mond open, dan krijg je vanzelf wel dorst!’ en ‘Krijg ik ervoor betaald als ik hem een stukje meeneem?’ Pas op het einde legt Anniek kort uit dat Dorcas deze week in actie komt voor schoon drinkwater en dat ‘jij daarbij kan helpen door te doneren voor schoon drinkwater.’ In de begeleidende tekst onder de YouTube video staat iets meer context over de landen waar Dorcas werkt en wat ze doen, maar het blijft summier – en de nabootsing vooral een gebbetje. Het amuserende, vrijblijvende en uiteindelijke gepriviligeerde karakter van zulk soort imitaties van menselijk leed zorgt ervoor dat deze ‘bewustwordingsevenementen’ eigenlijk altijd problematisch zijn. Zo ook Sa/ecret van Verre Naasten, waarbij de zoektocht naar een ‘evangelist in een gevaarlijk land’ op bizarre wijze in een spel is gegoten – goed voor een dikke special mention. Ook gaat er, na een nominatie in 2018 voor dezelfde campagne, een special mention naar Nacht zonder Dak van Tearfund. Alhoewel het nabootsen van armoede en dakloosheid bij dit evenement inmiddels een stuk minder centraal staat, en de slogan ‘een nacht in een krotje’ is vervangen voor ‘een nacht onder de sterren’, blijft de titel van de campagne de imitatie van menselijk leek herbergen. Daarnaast worden fondsenwervende activiteiten regelmatig in een sportief evenement gegoten. Hierbij wordt menselijk leed misschien niet letterlijk nagebootst of nagespeeld, maar gaat het vaak wel expliciet dan wel impliciet om de gedachte: ‘zij zien af, dus wij zien af.’ Deze ongepaste vergelijking van afzien – tussen niet-gepriviligeerde mensen die zich structureel in een kwestbare situatie bevinden en gepriviligeerde mensen die eenmalig aan een fysieke uitdaging meedoen – zien we bijvoorbeeld terugkomen in de MudRaise van International Justice Mission, Sport for Others van Woord en Daad, en de Klimmarathon tegen Klimaatarmoede van Solidaridad. Bij de Klimmarathon wordt letterlijk de slogan ‘zij een extreme uitdaging, wij een extreme uitdaging’ gebruikt, waarbij ‘zij’ kleine boeren die voor extreme klimaatuitdagingen staat zijn en ‘wij’ refereert naar alle mensen die meedoen aan ‘het meest bijzondere klimevent van Nederland.’ Wat hier ook vaak wringt is dat de deelnemers als (sportieve) helden worden neergezet, en dat terwijl ze het meestal vooral leuk vinden om, zoals een deelnemer van Sports for Others het zegt, een ‘favoriete vrijetijdsbesteding’ uit te oefenen en te combineren met ‘een goed doel.’

Vlieg in het Oog genomineerde 5

‘Lichtjes’ (Chosen muziekvideo) | World Vision

We nomineerden Chosen vier jaar geleden al eens voor een Vlieg in het Oog-Award en twijfelden of een voortzetting van deze campagne nu opnieuw in aanmerking kon komen, maar de muziekvideo Lichtjes van Chosen uit mei 2023 gooit er nog een schepje bovenop. We konden er, zogezegd, niet omheen. De lyrics beginnen direct met een volledig beeld aan clichés: ‘Ik zie je staan / In jouw versleten kleren / Wat wil je graag naar school / Maar je moet werken, kan niet leren.’ De begeleidende beelden, en ook de pathos die volgt uit muziek en stemgeluid zorgt dat deze stereotypen (en de gedecontextualiseerde representatie daarvan) maximaal over het voetlicht worden gebracht. En het gaat door: ‘Elke dag opnieuw / Moet je voor water uren lopen / Een beter leven lijkt ver weg / Je hoop op kansen is vervlogen.’ Maar juist op het moment dat die hoop vervlogen lijkt, is daar het Chosen-element in de campagne: de verlichtte weldoener wordt gekozen door het anonieme kind in kwestie (die symbool moet staat voor de bovengenoemde problematiek). De notie van ‘gekozen worden’ wordt onthuld (‘Jij ziet mij staan’ (…) / ‘Dan wijs je naar mij / Je hebt voor mij gekozen / Ik kan er niet bij / Zo bijzonder, ik ben Chosen’), waarmee de centraliteit van de sponsor in deze campagne weer onderstreept wordt. De ongepaste combinatie van het brede scala aan gedramatiseerde armoedecliche’s die gedecontextualiseerde stereotypen uitdrukken, en de welhaast lyrische heroïek van ‘de gekozene’ (wat wil zeggen: de sponsor) is symptomatisch voor fondsenwerving op basis van kindsponsorschap. Dit is dan ook niet de enige campagne waar we moeite mee hebben. Zo blijft het keuzemenu zoals bijvoorbeeld PLAN aanbiedt, waarbij sponsoren uitgebreid kunnen selecteren (regio, geslacht, leeftijd), waarna een foto wordt getoond van het potentiële sponsorkind buitengewoon pijnlijk (sterker nog: het is precies de praktijk waar Chosen, helaas op misplaatste wijze, kritiek op probeert te geven). Ook de notie van contact tussen sponsor en gesponsorde komt, in ieder geval in de representatie ervan, vrijwel nooit echt goed uit de verf. Zo bouwt Stichting Woord en Daad een uitgebreide video getiteld ‘Ik wens jou… een hoopvolle toekomst!’ heen om de brieven die een gezin (?) in Burkina Faso ontvangt. De Nederlandse briefschrijvers zenden echter vooral: figuurlijk (in religieuze zin) en letterlijk (in de zin dat we vrijwel niets te weten komen over de ontvangers van de brieven). Zo zitten de ontvangers van brieven in Burkina Faso samen aan tafel, in familiesetting, maar is volstrekt onduidelijk of de betrokkenen ook familie zijn, hebben ze geen onderling contact en komen we niet te weten met welke omstandigheden ze precies te maken hebben. Zowel PLAN als Woord en Daad krijgen van ons een special mention. En een meer algemeen advies: sponsorprogramma’s, doe het niet.

 Hoogvlieger Award 2024

Op donderdag 28 november 2024 reiken we weer twee awards uit: de Hoogvlieger Award en Vlieg in het Oog Award, respectievelijk de meest en minst geslaagde campagne van een Nederlandse INGO in 2023-2024 (specifieker: gepubliceerd tussen 10 mei 2023 en 1 juli 2024).

 

De jury bestaat dit jaar uit Cíntia Taylor (schrijver, film- en theatermaker en expert op het gebied van storytelling en diversiteit), Abdel El Bacha (Coördinator Caribisch Netwerk bij de NTR), Nadine Ridder (adviseur en spreker op het gebied van diversiteit, inclusie en gelijkwaardigheid, opiniemaker voor sociale rechtvaardigheid), en Anika Altaf (uitvoerend directeur van INCLUDE Knowledge Platform en voorzitter HuCom). Zij komen midden november bij elkaar om te bespreken welke campagne de award in beide categorieën moet ontvangen. Op donderdag 28 november maken we de winnaars bekend op onze website, op onze socials, en per email naar de organisaties.

 

De genomineerde campagnes voor de Hoogvlieger Award 2024 zijn:

1. ‘#SomosVoz: A Journey from Violence to Healing’ | HealthNet TPO

2. ‘Free To Be Me‘ + ‘Women of the Soil: Cultivating Change in Kenya‘ | HIVOS

3. Selling out Nigeria – Shell’s irresponsible divestment’ | SOMO Research)

4. ‘Asking ChatGPT to create vacancy for clothing workers in Bangladesh or China’ + ‘Herinnering aan Inditex’ | Schone Kleren Campagne

5. ‘Dilstories NL’ | Stichting Doen 

 

Op deze pagina kun je de genomineerde campagnes vinden, inclusief een uitleg bij elke nominatie (met vaak ook een of meerdere special mentions).

Hoogvlieger genomineerde 1 

‘#SomosVoz: A Journey from Violence to Healing’ | HealthNet TPO

Vorig jaar merkten we al op dat het bieden van een platform voor, en het delen van de boodschap van, lokale activisten vaak goed werkt. Het gaat hier niet zelden om allianties, waarbij een of meerdere Nederlandse INGOs samenwerken met organisaties in het mondiale Zuiden – en deze vooral ondersteunen en versterken. Vorig jaar ontvingen zowel HIVOS en partners als Mama Cash en Both Ends nominaties voor respectievelijk de (alliantie)campagne ‘Voices for Just Climate Action’ en ‘Global Alliance for Green and Gender Action’. Dit jaar nomineren we in deze categorie graag de campagne ‘#SomosVoz’ of ‘#WeAreVoice’ en in het bijzonder de video ‘A Journey from Violence to Healing.’ Deze campagne en video zijn het resultaat van een samenwerking tussen het in Nederland gevestigde HealthNet TPO en in Colombia gevestigde GOAL (met steun van Irish Aid en de Nederlandse ambassade in Colombia). Beide organisaties hebben de krachten gebundeld om, zoals ze zelf zeggen, ‘een sociaal en pedagogische campagne op te zetten om gesprekken te mobiliseren die bijdragen aan veilige en beschermende ruimtes voor vrouwen (…) en zodoende aan een stap richting de eliminatie van gendergerelateerd geweld (GVB).’ De video die hierbij hoort is een artistieke registratie geproduceerd door Buen Ayre Visual van een bijeenkomst in een theater in Bogotá, de hoofdstad van Colombia, eerder dit jaar tussen meer dan twintig vrouwen uit verschillende delen van het land die allemaal een vorm van gendergerelateerd geweld hebben meegemaakt. Ze ontmoeten elkaar op het podium, zonder elkaar van tevoren te kennen, om hun verhalen te delen, als onderdeel van hun reis naar heling en weg naar preventie: ’24 women from different territories, feelings, roles, talents, activisms and sensitivities (…) weave[d] critical, sensitive, emotional and situated conversations about the contexts that are interwoven in the approach to GBV (…) to build pedagogical, sensitive, situated and resilient messages to address new perspectives that contribute to the prevention and non-repetition of GBV cases in Colombia.’ Zowel de bijeenkomst als de registratie daarvan laten op uiterst creatieve en emotionele wijze zien welke impact de ervaringen van geweld op deze vrouwen heeft gehad, en hoe het samen komen van deze vrouwen en het delen van hun ervaringen een krachtig middel van verzet is: ‘Coming together as the most powerful revolution, that can exist in a world full of violence.’ Het zijn de verhalen, de stemmen, de bewegingen, de omhelzingen, en de kracht en tederheid van de vrouwen die centraal staan. Verschillende vrouwen komen middels een voice-over aan het woord; wie van de aanwezigen dat precies zijn weten we niet, maar daar gaat het ook niet om. Het gaat om het collectief, om de gedeelde ervaring. Het geheel is niet alleen respectvol, maar ook genuanceerd, krachtig, artistiek en, vooral, liefdevol. De bijeenkomst tussen deze vrouwen markeerde het begin van de campagne, die uiteindelijk zal resulteren in een reeks van maar liefst 16 korte documentaires die, als het goed is, eind deze maand, op de Internationale Dag voor de Eliminatie van Geweld (25 november), uitgebracht zullen worden. We kijken hier zeker naar uit. [Update 08-11-2024: de 16 korte docu’s zijn inmiddels hier beschikbaar!].

Hoogvlieger genomineerde 2

Free To Be Me + ‘Women of the Soil: Cultivating Change in Kenya | HIVOS

De tweede Hoogvlieger-nominatie gaat dit jaar naar HIVOS. Deze Nederlandse INGO, die ondersteuning biedt aan civil society organisaties in Afrika, Latijns-Amerika, Azië en het Midden Oosten, op de gebieden digitale rechten, klimaatrechtvaardigheid en gendergelijkheid, won de Hoogvlieger Award al een keer won in 2019, voor hun campagne ‘Small Change, Big Deal’, en vorig jaar, als onderdeel van een alliantie, waren ze ook reeds genomineerd, voor ‘Voices for Just Climate Action’. Dit jaar viel HIVOS ons op het gebied van gendergelijkheid. De eerste campagne, Free To Be Me, is gericht op het ondersteunen van van LGBTIQ+ organisaties en activisten in twaalf verschillende landen in het mondiale Zuiden (welke landen dat zijn wordt niet meteen duidelijk). Wat HIVOS in deze campagne heel goed doet, en eigenlijk altijd goed doet, is het benadrukken dat ze lokale organisaties en activisten ondersteunen, zodat zij als voorvechters van gelijke rechten kunnen worden ge- en versterkt. In de bijbehorende video van 8 minuten komen twee lokale medewekers van HIVOS in Nairobi, Kenia aan het woord, Saida Ali en Andrew Maina, die uitleggen hoe LGBTIQ+ mensen in het Afrikaanse land (en op het continent?; wederom wordt de geografische context niet helemaal duidelijk) vaak geen volledige (economische) rechten hebben en vaak geen volledige toegang hebben tot (economische) ruimtes. Beide spreken op een rustige en eloquente wijze over deze kwesties, terwijl we ze, als we ze niet binnen zien praten, samen buiten door de stad zien lopen. Alhoewel het misschien jammer is dat we geen andere mensen dan HIVOS-medewerkers te zien en horen krijgen, slaagt de video in de simpele opzet om snel een duidelijk, interessant en urgent verhaal over LGBTIQ+ rechten te produceren. In een andere geslaagde video van HIVOS, komen wel meerdere mensen aan het woord – en juist ook de de mensen die ongelijkheid hebben ervaren en strijden voor gelijkheid. In de video ‘Women of the Soil: Cultivating Change in Kenya‘, onderdeel van de campagne Rural Women Cultivating Change (RWCC), komen verschillende ‘rural women from Kenya’ aan het woord die als ‘critical agents of change’ bijdragen aan gendergelijkheid in hun gemeenschap en de landbouweconomie in het bijzonder (met name door gewassenvariëteit). Alhoewel de rol van HIVOS in het RWCC-programma aan bod komt, gaat het in de video vooral om het werk van drie grassroots organisaties, het Seed Savers Network, Groots Kenya en Indigenous Women & Girls Initiative, en hun impact op vrouwelijke boeren in Kenia. Het geheel is een interessante mini-documentaire van 18 minuten, waarbij ruim de tijd is genomen om een verscheidenheid aan vrouwen (en ook enkele mannen) te interviewen, waarbij ook de politiek en beleid geadresseerd worden. Alhoewel zowel ‘Free To Be Me‘ als ‘Women of the Soil: Cultivating Change in Kenya‘ nog wel duidelijk ‘NGO-films’ zijn (vooral de voice-over en muziek in de tweede video hadden niet gehoeven), laten beide de potentie van (mini-)documentaires zien, waarbij meer tijd wordt ingeruimd om mensen aan het woord te laten om kwesties van structurele genderongelijkheid uit te leggen. Drie geslaagde kortere video’s op dit gebied willen we ook graag noemen: deze video van de Green Livelihoods Alliance (waar IUCN NL en Milieudefensie onder andere deel van uitmaken), over (het belang van) de inclusie en participatie van vrouwen in het beschermen van tropische bossen ook, deze video van Rutgers over de Keniaanse jongerenactivist Beatrice Nyamwenge Okech op het gebied van Sexual Reproductive Health Rights (SRHR) en deze video (en toolkit) van Make Way over het omarmen van intersectionaliteit bij SRHR. Alledrie goed voor een special mention!

Hoogvlieger genomineerde 3

‘Selling out Nigeria – Shell’s irresponsible divestment’ | SOMO Research

Sinds jaar en dag hebben we een plekje in ons hart voor organisaties die grote bedrijven en overheden aanspreken op hun (wan)gedrag en hen verantwoordelijk houden voor hun rol in mondiale problematiek. En daarom ruimen we ook bijna elk jaar wel een nominatie plekje in voor een campagne die precies dat doet: speaking to power. Dit jaar hebben we er weer een die hoge ogen gooit: SOMO Research. Niet alleen spant SOMO zich maximaal in om de verwoesting die Shell in Nigeria achter liet over het voetlicht te brengen, ook doen ze dat in een sterke, fraaie video waarin verschillende betrokkenen, uit verschillende lagen van de bevolking hun verhaal doen. Zo blijkt ook dat het verzet meerdere ijzers in het vuur heeft: juridische, politieke, activistische en civiele invalshoeken worden gekozen, om verantwoordelijkheid te eisen voor het vernietigen van de omgeving. Duidelijk wordt dat Shell niet alleen bij hun aanwezigheid maar ook nu ze zich terugtrekken uit delen van Niger-delta fout op fout stapelt. Met name ook het overnameproces, waarin de eigendommen van Shell werden verkocht aan Aiteo, is van een spectaculaire lelijkheid omdat lokale partijen niet werden geïnformeerd en betrokken, terwijl de gevolgen van het werk van Shell nog lange tijd gevoeld zullen worden. Juist in de video van SOMO staan betrokkenen wel centraal, ook door het benadrukken van de samenwerking met het Nigeriaanse SDN – de organisatie die het verzet daadwerkelijk organiseert. En het is niet alleen SDN dat de terechte credits krijgt, ook de filmmaker (Simpa Samson!) wordt bij naam genoemd in de beschrijving van de video, waar ook de koloniale geschiedenis waaronder Shell zich ter plaatse aandiende wordt benoemd – een perspectief dat, ten onrechte, zo vaak onbenoemd blijft. De video zit all-round goed in elkaar. Dat het vertrek van Shell uit de Niger-delta niet het einde is van de problematiek is duidelijk en ook Both Ends maakte een goede productie over het werk dat hier gedaan wordt. Ze grijpen naast de nominatie, maar een stevige special mention is gereserveerd voor ‘The Impact from Shell in the River Delta: Our Partner Story‘. De partner in kwestie is Kebetkache Women Development, die specifieke aandacht heeft voor de genderverhoudingen in de kwestie. Hiernaast nog een special mention voor Wemos die inmiddels wel erg regelmatig op onze hoogvliegerradar verschijnen met scherpe video’s waarin ze de macht van grote bedrijven bekritiseren. Deze keer pakken ze ‘het grootkapitaal’ wel heel letterlijk aan, met ‘Monopoly medicijneditie’, waarin de farmaceutische industrie tot de orde wordt geroepen met een fictieve commercial voor het iconische spel: ‘word de ultieme pillenkoning, en wentel al het risico af op de samenleving.’ Scherp.

Hoogvlieger genomineerde

‘Asking ChatGPT to create vacancy for clothing workers in Bangladesh or China’ + ‘Herinnering aan Inditex’ | Schone Kleren Campagne

Waar veel campagnes de mist in gaan door context, uitleg en informatie achterwege te laten, zijn er ook voldoende goede explainers, animaties en toelichtingen die juist hier hun kracht aan ontlenen. Hier worden verschillende platformen voor gebruikt, maar deze platformen zelf worden daarbij ook onderdeel van het gesprek. Zo vroeg de Schone Kleren Campagne (SKC) ChatGPT om een (fictieve) vacaturetekst voor kledingarbeiders in Bangladesh en China op te stellen. Spoiler alert: ChatGPT weigerde de opdracht, omdat een dergelijke tekst door de morele ondergrens zou zakken. Een dergelijke weigering is  een cadeautje voor iedereen die het argument wil maken dat de kledingindustrie zeer problematisch is – een cadeautje dat door de SKC terecht wordt uitgepakt en gepresenteerd. Een andere video waarin technologie centraal stond is een campagne van RNW Media voor een inclusief en gelijkwaardig internet. RNW Media noemt vijf redenen voor het nastreven van wat ze een feministisch, en daarmee inclusief, internet noemen: (1) het uitbannen van online agressie en intimidatie, (2) gelijke toegang tot internet, (3) toegankelijk internet voor, bijvoorbeeld, mensen met een beperking, (4) een internet dat gemarginaliseerde stemmen versterkt en (5) een internet dat de vrijheid van meningsuiting voor iedereen garandeert. Zo veelzijdig kan een korte video zijn. Slimme, doelgerichte interventies als die van SKC en RNW Media laten zien dat ook als tijd schaars is (en middelen wellicht beperkt) een scherp verhaal kan worden verteld. Waar context in veel campagnes verloren gaat met “we hebben maar een x-aantal seconden tot onze beschikking” als excuus zijn deze video’s helder, gebalanceerd én genuanceerd. Een ander platform voor snelle en fraaie explainers zijn de slideshows die bijvoorbeeld LinkedIn en Instagram mogelijk maken. Wat te denken van de reeksen die Oxfam Novib onder de noemers ‘Explainer’ en  ‘Hoe zit het’ maakt op LinkedIn. Belangrijke, begrijpelijke en toegankelijke uitleg passeert de revue, over bijvoorbeeld de situatie in het Midden-Oosten, migratie, land-, bos- en mijnbouw, klimaatverandering en ongelijkheid. (Even terzijde trouwens, Oxfam, de campagne ‘Geef gelijkheid cadeau!’ (zie bijvoorbeeld hier en hier) mag wat ons betreft wel weg – het leverde jullie bijna ook een Vlieg in het Oog special mention op). Explainers in een soortgelijke stijl maakte de Schone Kleren Campagne ook, maar dan voor Instagram (waar wellicht toch meer fashionistas te vinden zijn dan op LinkedIn). Hun aanklacht tegen kledinggigant Inditex (Zara, Bershka, Pull & Bear) is, zonder enig meel in de mond, een veroordeling van de klimaatcrisis die fast fashion-bedrijven voeden. Zoveel slimme explainers, op zoveel platformen maakte het moeilijk kiezen, maar omdat de Schone Kleren Campagne is tweemaal positief opviel slepen zij de nominatie in de wacht.

Hoogvlieger genomineerde

‘Dilstories NL’ | Stichting Doen 

Waar de HuCom Awards vooral draaien om representatie, is het tijd om ook de aandacht te vestigen op hoe verhalen tot stand komen: de productie. We pleiten al geruime tijd voor het produceren van campagnes in samenwerking met (of volledig door) de mensen om wie het draait – ook wel participatory storytelling of co-creatie genoemd. Het best komt dit, wat ons betreft, dit jaar tot uitdrukking in de video waarin Dilstories Film Studio centraal staat. Het aankaarten van sociale problematiek (zoals LGBTQ+ rechten of het bestrijden van malaria of werkloosheid) gaat hier hand in hand met een gesprek met de mensen van Dilstories die dit in beeld kunnen brengen. Zij benadrukken het belang van artiesten om hun eigen verhaal op hun eigen manier te vertellen. Met name de wijze waarop creativiteit, sociale problematiek, ondernemerschap, scholing en internationale samenwerking in deze video moeiteloos worden gecombineerd maakt een sterke indruk. En met zo’n context is het ook veel eenvoudiger duidelijk te maken wat de Nederlandse partner (in dit geval Stichting DOEN) bijdraagt: financiële steun op de lange termijn geeft de filmschool de ruimte om trainers en apparatuur te betalen. Een andere geslaagde video over sociaal ondernemerschap kwam tot ons via een organisatie die al geruime tijd inzet op participatory storytelling: SPARK. In de video ‘I am driven by the urgent need to combat water pollution in Gaza’, geschoten voor de Israëlische invasie van Gaza, legt Salah El Sadi uit hoe hij aan de slag is gegaan met waterzuivering. Net als in de Dilstories video valt op hoeveel complexiteit er besproken kan worden als een verhaal goed in elkaar zit. De Israëlische bezetting, energieproblematiek, verzilting, de chemische en praktische oplossingen die Salah vond en de specifieke focus op milieuvriendelijke oplossingen: alles komt langs. Special mention! En als we dan toch ook kijken naar een evenwichtig productieproces hebben we nog één wat ongewone special mention. Waar we normaalgesproken eigenlijk altijd afraden om te werken met celebrities als ambassadeurs omdat het een mijnenveld van misplaatste representaties oplevert, waarderen we het als een ambassadeur laat zien hoe het ook kan. Die eer valt het Rode Kruis ten deel, voor een video waarin Iris Enthoven in Kenia duurzaamheidsvraagstukken bespreekt. Enthoven kiest een rol op de achtergrond, laat haar eigen sentimentaliteit achterwege, converseert op een gelijkwaardige manier met de mensen die ze interviewt, is geïnteresseerd en geïnformeerd en blijft inhoudelijk. Hoewel er behoorlijk nog wat problematische elementen in de video zitten (een veralgemenisering van het Afrikaanse continent, beelden van anonieme kinderen in medisch kwetsbare situaties en het gebruik van het woord ‘sloppenwijk’ (doe dat niet!)), is de toon een verademing. Wellicht kan een video als deze dienen als cursusmateriaal voor andere ambassadeurs.